The store will not work correctly when cookies are disabled.
Let op: bestellingen die tot en met 9 december geplaatst zijn, kunnen dit jaar nog uitgeleverd worden. Bestellingen na 9 december worden volgend jaar uitgeleverd.
De WISC-V-NL is dé intelligentietest voor kinderen en jongeren van 6 t/m 16 jaar. De WISC-V-NL geeft een uitgebreid intelligentieprofiel dat aansluit op het CHC-model. De WISC-V-NL kan gebruikt worden in het onderwijs, als hulpmiddel om leerstoornissen vast te stellen en bij klinisch onderzoek.
Bent u al reeds bekend met de WISC-V-NL en heeft u de test al meerdere keren afgenomen, gescoord en geïnterpreteerd, dan adviseren wij de volgende trainingen:
De WPPSI-IV-NL is een individueel af te nemen, klinisch instrument, bedoeld voor het in kaart brengen van het intelligentieniveau bij kinderen van 2 jaar en 6 maanden tot en met 6 jaar en 11 maanden (2:6-6:11).
De WAIS-IV-NL is een individueel toepasbaar klinisch instrument waarmee het intellectuele vermogen van adolescenten en volwassenen tussen de 16:0 en 84:11 jaar kan worden bepaald.
Het in kaart brengen van het cognitief functioneren (IQ) van kinderen in de basisschoolleeftijd. Doelgroep Kinderen vanaf 4 tot en met 12,5 jaar. Het instrument kan voor de gehele basisschoolleeftijd ingezet worden en is speciaal geschikt voor kinderen met lagere cognitieve capaciteiten, omdat hij een bereik heeft tot een IQ van 40.
De Raven's is wereldwijd de meest gebruikte non-verbale intelligentietest om snel een beeld van de algemene intelligentie (g) te krijgen. De Raven's 2 is snel af te nemen en is zowel digitaal als op papier beschikbaar. De test heeft een leeftijdsbereik van 4:0 - 69:11 jaar en geeft een Geschaalde Score van 40-160.
Ten behoeve van de COTAN-beoordeling is met betrekking tot een drietal psychometrische onderwerpen extra informatie aangeleverd, die niet in de handleiding is opgenomen. In deze paper worden deze gegevens ook voor WISC-V-NL gebruikers beschikbaar gemaakt.
In deze whitepaper zal een uiteenzetting worden gegeven van de belangrijkste verschillen tussen de WISC-IIIINL en de WISC-V-NL. Aan de orde komen onder andere de structurele verschillen tussen beide testversies. Tevens worden belangrijke verschillen besproken in bijvoorbeeld de afnameprocedure en de subtestinhoud.
Om een beter inzicht te krijgen in de leeromstandigheden van kinderen en om hen adequate ondersteuning te kunnen bieden, wordt bij kinderen vaak onderzoek gedaan met gestandaardiseerde testinstrumenten. In dit artikel gaan we dieper in op wat de WISC-V hierin kan bijdragen. We bespreken ook de beperkingen van de WISC-V en waarom de test geen volledig beeld geeft van eventuele taalproblemen.
In deze whitepaper wordt eerst ingegaan op de mogelijkheid tot het afwijken van de gestandaardiseerde afname en het aanpassen ervan ten behoeve van gebruik bij cliënten met speciale behoeften. Vervolgens wordt specifiek ingegaan op de mogelijkheden en beperkingen van het inzetten van de WISC-V-NL bij cliënten met een taalprobleem.
In het kader van het cognitieve onderzoek is het soms nodig om de prestaties op de verschillende cognitieve domeinen te analyseren. Bijvoorbeeld om de diagnose te kunnen stellen of om de mate van ernst vast te stellen. In deze gids vind je suggesties voor tests voor het in kaart brengen van executieve functies, verwerkingssnelheid en visueel-ruimtelijke vaardigheden. Drie gebieden waarvan is vastgesteld dat ze bijzonder belangrijk zijn bij de cognitieve ontwikkeling van kinderen.
Maak jij optimaal gebruik van onze cognitieve tests voor kinderen en adolescenten? In dit artikel met veel gestelde vragen beantwoorden onze consultants vragen over tests voor het vaststellen van cognitieve achterstanden, vragen over de interpretatie van testresultaten, vragen over verschillen tussen de WISC-V-NL en de IDS-2, vragen over leeftijdsequivalenten, en vragen over digitale afname en scoring.
Kinderen ontwikkelen zich allemaal anders, de een wat sneller dan de ander. Op jonge leeftijd is vaak moeilijk te zeggen of er al sprake is van een achterstand. Soms kan een kind al haar/zijn energie richten op het ontwikkelen van een bepaalde vaardigheid, zoals lopen of praten, wat dan even ten koste gaat van de ontwikkeling op een ander gebied. Een achterstand kan dan later weer worden ingehaald. Als er echter sprake is van ‘significante beperkingen in zowel intellectueel functioneren als in adaptieve vermogens’, en die beperkingen zijn vóór de leeftijd van 18 jaar ontstaan, spreken we van een verstandelijke beperking. In deze white paper neemt André Rietman ons mee in de uitdagingen in de diagnostiek van een ontwikkelingsachterstand bij kinderen en jongeren.
In de loop van de 20e eeuw lieten de prestaties van de populatie op intelligentietests een progressieve toename zien in verschillende delen van de wereld. Professor James Flynn heeft als eerste onderzoek gedaan naar en bewijs geleverd voor deze theorie, waardoor het fenomeen nu wereldwijd bekend staat als het “Flynn-effect”. In deze whitepaper wordt de meest recente stand van zaken rondom het Flynn-effect besproken. Er wordt onder andere uitgelegd wat het Flynn-effect precies is, wat de oorzaak van dit effect is en welke invloed het Flynn-effect heeft op de ontwikkeling van psychologische tests.
Voor elk psychologisch meetinstrument rijst de vraag in hoeverre het instrument bruikbaar is bij klinische doelgroepen. Voor welke doelgroep is het instrument geschikt en welke problemen komt men tegen bij het afnemen van het instrument bij een persoon met een stoornis of beperking. Kan het instrument bij hen op gestandaardiseerde wijze afgenomen worden en wat zeggen de resultaten over een individu met een specifieke problematiek?
In deze whitepaper wordt een samenvatting gegeven van het normeringsonderzoek dat gedaan is naar de WISC-V-NL en op basis waarvan de normen berekend zijn. Daarnaast worden delen van het onderzoek en de resultaten van het betrouwbaarheids- en validiteitsonderzoek globaal besproken.
LVB-problematiek is een complex geheel. Meerdere kind- en omgevingsfactoren spelen een rol in het ontstaan en het in stand houden van de problemen van een kind in het gezin en/of op school.
Na lang wachten is het bijna zover: de WPPSI-IV-NL staat op het punt om uitgegeven te worden. In de VS, waar de voor ons zo nieuwe test al een tijd wordt gebruikt, zijn ze echter al gevorderd met de ontwikkeling van de vijfde versie van de WPPSI. De conclusie dat Nederland achterloopt op het gebied van testontwikkeling in vergelijking met de VS is dan snel getrokken. Maar is dit ook echt zo? En hoe komt het dat het zo lang duurt voordat een nieuwe test in het Nederlands beschikbaar is? In dit artikel nemen we je mee in de wereld van testontwikkeling, en leggen we van begin tot eind uit hoe onze tests tot stand komen in samenwerking met experts uit het veld. Om het geheel concreet te maken gebruiken we de WPPSI-IV-NL als voorbeeld.
De WISC-V-NL is de meest gebruikte intelligentietest bij kinderen en jongeren. In deze webinar informeren we u onder andere over de verschillen ten opzichte van de WISC-III-NL, de afnamemogelijkheden en de teststructuur. Daarnaast lopen we de meest gestelde vragen (FAQ's) langs, zodat u met gedegen kennis aan de slag kunt met de WISC-V-NL.
De WISC-V-NL is het meest gebruikte instrument om de cognitieve capaciteiten van kinderen en jongeren in kaart te brengen. In dit vragenhalfuurtje beantwoordt Selma Ruiter veelgestelde vragen over het gebruik, de scoring en de interpretatie van de WISC-V-NL.
Leerstoornissen zijn niet enkelvoudig bepaald maar ontstaan uit de interactie van allerlei cognitieve vaardigheden. Het CHC intelligentiemodel biedt een goed kader om een cognitieve sterkte-zwakteanalyse te maken. De WISC-V gaat een belangrijke rol spelen in de cross-battery assessment voor die analyse. Samen met andere informatie kan men dan een casusbeschrijving maken die richting aan behandeling kan geven. In deze presentatie, opgenomen tijdens de WISC-dag 2017, vertelt expert Tom Braams u er meer over!
De WISC-V-NL en de RAKIT-2-NL zijn beiden instrumenten om de intelligentie te meten. Hoewel de WISC-V-NL het meest gebruikt wordt in de praktijk, kunnen er ook redenen zijn om de RAKIT-2-NL te prefereren boven een intelligentiemeting met de WISC-V-NL. In deze webinar worden beide instrumenten besproken en met elkaar vergeleken, zodat u in de toekomst betere afwegingen
Selma Ruiter vertelt in deze presentatie over de achtergronden bij de ontwikkeling van de WISC-V-NL: wat gebeurt er allemaal voorafgaand aan de publicatie? Welke bewerkingen en onderzoeken worden er gedaan? Ook gaat Selma in op het Flynn-effect en haar kijk hierop.
Het CHC model (Cattell, Horn & Carroll) wordt op dit moment gezien als meest actueel om de structuur van intelligentie te beschrijven. Tijdens deze presentatie wordt ingegaan op de theorie van het model en hoe zich dit heeft doorvertaald in de ontwikkeling van de WISC-V (deel 1).
In deze sessie worden de meest besproken discussiepunten die naar voren komen in o.a. trainingen belicht. De volgende onderwerpen komen aan bod: de onderliggende structuur (factoranalyse en CHC-model), klinische studies, de validiteit van het totaal IQ (mag het TIQ altijd vermeld worden?), de handelingsgerichtheid (welke concrete handelingsadviezen leveren de assessments op?) en interpretatie bij resultaten aan juist de lage of hoge kant.
Hoogbegaafdheid is niet hetzelfde als (een hoge) intelligentie. Wat is het dan wel? Is het zinvol om te weten of een leerling hoogbegaafd is? En als we dat weten, wat dan? Deze thema’s komen, naar aanleiding van de ervaringen van een hoogbegaafde leerling, ooit cliënt van CBO Talent Development, aan bod tijdens deze presentatie.
Bij 4 op de 10 volwassenen in de psychiatrie speelt LVB problematiek een rol, maar dit is lang niet altijd bekend. Psychiater Jeanet Nieuwenhuis legt uit hoe belangrijk het is om LVB te herkennen en hierop te acteren. Wat is de rol van LVB bij psychiatrische problematiek? Welke comorbiditeiten spelen er? En met welke uitdagingen krijg je als behandelaar nog meer te maken?
Deze presentatie licht een ‘tipje van de sluier’ op over de aansluiting tussen de WISC-V en de WPPSI-IV. Vervolgens wordt nader ingegaan op welke cognitieve functies gemeten kunnen worden met de Wechsler schalen voor het jonge kind (van 2;06-6;11). Tenslotte wordt gesproken over de zin en onzin van intelligentiemetingen binnnen de diagnostiek van het jonge kind in ontwikkeling.
Het CHC model (Cattell, Horn & Carroll) wordt op dit moment gezien als meest actueel om de structuur van intelligentie te beschrijven. Tijdens deze presentatie wordt ingegaan op de theorie van het model en hoe zich dit heeft doorvertaald in de ontwikkeling van de WISC-V (deel 2).
Cultuur en intelligentie zijn nauw verweven. Expressies van intelligentie maken altijd gebruik van culturele elementen. Cultuurvrije intelligentietests bestaan niet. Maar hoe zit het dan met de WISC-V? Kunnen dergelijke tests gebruikt worden om culturele groepen te vergelijken? En hoe zit het met verschillen tussen Nederlanders mét en Nederlanders zonder migratie-achtergrond? In deze presentatie wordt ingegaan op wat we weten over de relatie tussen cultuur en intelligentie, op problemen bij het samenstellen van intelligentietests vanuit een cross-cultureel perspectief en oplossingen die gebruikt worden om met deze problemen om te gaan.
In een korte presentatie gaan we in op de relatie tussen bewegen en cognitie. Word je van bewegen eigenlijk wel slimmer? Daarnaast besteden we aandacht een de invloed van motoriek op de resultaten van de intelligentietest. Welke kinderen hebben eigenlijk motorische achterstanden en hoe zie je dat tijdens een afname?
Er wordt vaak verondersteld dat ADHD en begaafdheid tot vergelijkbare gedragingen kunnen leiden, zoals snelle verveeldheid, impulsiviteit en een hoog energieniveau. Begaafden kunnen volgens anderen ook juist het risico lopen dat ADHD bij hen niet wordt herkend, doordat de hoge intelligentie compenserend werkt voor cognitieve problemen die vaak gepaard gaan met ADHD. De vraag rijst daarom: kan bij intelligente kinderen de diagnose ADHD gesteld worden? Op basis van een systematisch literatuuronderzoek en een empirische studie zal deze vraag tijdens deze opgenomen presentatie beantwoord worden.
Het normale gebruik van een IQ-test kennen we allemaal wel. Maar in hoeverre mag je creatief omgaan met een IQ-test: hoe onderzoek je een volwassene met een IQ rond de 45? Mag je iemand testen als hij depressief is en zijn er IQ-profielen bij mensen met psychiatrische stoornissen? Stop je met testen als iemand opbiecht dat hij de vorige dag heeft geblowd? Hoe gaat nu precies de diagnostiek naar een verstandelijke beperking en zwakbegaafdheid sinds de komst van de DSM-5? Welke onderzoeksinstrumenten zijn er voor het meten van adaptieve vaardigheden en wat zijn de verschillen? Wat classificeer je bij iemand met een zwakbegaafde IQ-score en matig verstandelijk beperkte adaptieve vaardigheden? Hoe weeg je andere zaken mee, zoals motivatie en de context? Deze en andere vragen worden beantwoord aan de hand van wetenschappelijk onderzoek en klinische ervaring, waarbij voor het classificeren gewerkt wordt met voorbeeldcasussen.
Van hoogbegaafde leerlingen wordt vaak verwacht dat ze op school excellente resultaten behalen. Als dit niet het geval is, wordt soms getwijfeld aan hun hoogbegaafdheid. Anderzijds zijn onderwijsprofessionals ook handelingsverlegen in de begeleiding van deze leerlingen. Dit kan voortkomen uit de vraag hoe kan worden vastgesteld wat de sterke en minder sterke kanten van deze leerlingen zijn, waar hun talenten zich bevinden. Leerkrachten willen dan bijvoorbeeld graag weten wat zij in het klaslokaal kunnen doen om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van deze leerlingen voortvloeiend uit hun sterke en minder sterke kanten. In deze deelsessie, gegeven door Dr. Bart Vogelaar, wordt gekeken naar manieren hoe de talenten van deze kinderen kunnen worden herkend en hoe vervolgens op deze talenten kan worden ingespeeld.
Q-interactive is een digitaal platform voor afname, scoring en rapportage van individueel afgenomen tests. Met Q-interactive wordt het hele diagnostische proces gestroomlijnd. In deze webinar wordt belangrijke informatie over het platform gegeven: perfect als u nog maar net bent begonnen met Q-interactive, of er eerst wat meer over wilt weten! Let op: de getoonde prijzen in deze webinar zijn niet meer actueel. Ook wordt er nog gesproken over staffelkortingen voor licenties en prepaid credits. Deze staffelkortingen bieden we niet meer aan. Kijk voor de meest actuele prijzen op https://www.pearsonclinical.nl/q-interactive.
Q-global is een online scoringsplatform waarmee u na een testafname een rapport kunt genereren. U voert de ruwe scores in, welke vervolgens omgezet worden naar geschaalde scores in een overzichtelijke rapportage. Deze webinar geeft u een korte instructie in het gebruik van Q-global.
Met Q-interactive kunt u tests digitaal afnemen, scoren en rapporteren. In deze webinar wordt uitgelegd wat Q-interactive precies is, hoe het werkt en hoe u het kunt inzetten. Ook wordt er een korte demonstratie van een digitale afname met Q-interactive gegeven. Let op: de getoonde prijzen in deze webinar zijn niet meer actueel. Ook wordt er nog gesproken over staffelkortingen voor licenties en prepaid credits. Deze staffelkortingen bieden we niet meer aan. Kijk voor de meest actuele prijzen op https://www.pearsonclinical.nl/q-interactive.
Wil jij altijd als eerste op de hoogte zijn van nieuwe whitepapers, webinars, tests, trainingen en aanbiedingen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.