The store will not work correctly when cookies are disabled.
Let op: bestellingen die tot en met 9 december geplaatst zijn, kunnen dit jaar nog uitgeleverd worden. Bestellingen na 9 december worden volgend jaar uitgeleverd.
Onderzoek bij vermoeden van een Ontwikkelingsachterstand bij kinderen en jongeren
Onderzoek bij vermoeden van een Ontwikkelingsachterstand bij kinderen en jongeren
Beschrijving
Kinderen ontwikkelen zich allemaal anders, de een wat sneller dan de ander. Op jonge leeftijd is vaak moeilijk te zeggen of er al sprake is van een achterstand. Soms kan een kind al haar/zijn energie richten op het ontwikkelen van een bepaalde vaardigheid, zoals lopen of praten, wat dan even ten koste gaat van de ontwikkeling op een ander gebied. Een achterstand kan dan later weer worden ingehaald. Als er echter sprake is van ‘significante beperkingen in zowel intellectueel functioneren als in adaptieve vermogens’, en die beperkingen zijn vóór de leeftijd van 18 jaar ontstaan, spreken we van een verstandelijke beperking. In deze white paper neemt André Rietman ons mee in de uitdagingen in de diagnostiek van een ontwikkelingsachterstand bij kinderen en jongeren.
De Bayley Scales of Infant and Toddler Development-Third Edition-NL (Bayley-III-NL), de opvolger van de BSID-II-NL, is een instrument om het ontwikkelingsverloop van jonge kinderen in kaart te brengen en om kinderen met een ontwikkelingsachterstand te identificeren.De Bayley-4-NL Motoriekschaal is officieel gelanceerd! Lees Meer .mgz-element.n6mfrn3 .mgz-link{color:#ffffff;background-color:#003057;}.mgz-element.n6mfrn3 .mgz-link{color:#ffffff;background-color:#003057;}
De Bayley Scales of Infant and Toddler Development-Third Edition-Nederlandstalige bewerking (Bayley-III-NL), opvolger van de BSID-II-NL, is een instrument om het ontwikkelingsverloop van jonge kinderen in kaart te brengen en om kinderen met een ontwikkelingsachterstand te identificeren.De Bayley-4-NL is officieel gelanceerd! Lees Meer .mgz-element.u30pcwf .mgz-link{color:#ffffff;background-color:#003057;}.mgz-element.u30pcwf .mgz-link{color:#ffffff;background-color:#003057;}
De Lexilijst Nederlands (2002) is een lijst met woorden en zinnetjes die in de taal van jonge Nederlandse kinderen voorkomen. De lijst is bedoeld om bij kinderen van 15-27 maanden na te gaan of zij zich ontwikkelen overeenkomstig leeftijdgenootjes op het gebied van de taalverwerving.
De WPPSI-IV-NL is een individueel af te nemen, klinisch instrument, bedoeld voor het in kaart brengen van het intelligentieniveau bij kinderen van 2 jaar en 6 maanden tot en met 6 jaar en 11 maanden (2:6-6:11).
Non verbale Wechsler IQ test voor kinderen en adolescenten van 4 tot en met 21 jaar, speciaal ontwikkeld voor kinderen met communicatieve beperkingen en kinderen met een migratieachtergrond.
De WAIS-IV-NL is een individueel toepasbaar klinisch instrument waarmee het intellectuele vermogen van adolescenten en volwassenen tussen de 16:0 en 84:11 jaar kan worden bepaald.
Vineland-3-NL brengt adaptief gedrag in kaart op de kerndomeinen Communicatie, Dagelijkse vaardigheden en Sociale vaardigheden en relaties. Naast de drie kerndomeinen, zijn er nog twee optionele domeinen die afgenomen kunnen worden; Motoriek en Probleemgedrag.
De PPVT-III-NL is een wereldwijd bekend instrument om de receptieve kennis van de woordenschat te testen, door het meten van het begrip van gesproken woorden. De PPVT-III-NL is door zijn grote leeftijdsbereik en door het feit dat de proefpersoon niet zelf hoeft te spreken, geschikt voor een grote diversiteit aan groepen.
Meet het taalbegrip van kinderen van 15 -25 maanden en is eenvoudig en snel te scoren. Belangrijke mededeling: deze test en de bijbehorende onderdelen worden alleen nog verkocht aan bestaande afnemers.
De Sensory Profile 2 NL (SP-2-NL) meet via vragenlijsten hoe goed kinderen sensorische informatie kunnen verwerken in alledaagse situaties. De referentiekaders van de vragenlijst zijn theorieën rond sensorische informatieverwerking en de neurowetenschappen. Nieuw toegevoegd in de SP-2-NL is de vragenlijst in te vullen door leerkrachten, om een beeld te krijgen van sensorische infomatieverwerking in een klassensituatie.
Geschikt voor adolescenten en volwassenen met een matige verstandelijke handicap tot en met licht zwakbegaafd niveau. De SRZ-P meet de sociale redzaamheid bij verstandelijk gehandicapten met een matige verstandelijke handicap tot en met licht zwakbegaafd niveau.Dit testmateriaal bevat elementen die niet meer actueel of niet volledig representatief zijn, zoals ouderwetse afbeeldingen, uitdrukkingen of taalgebruik. Wij vragen u als testgebruiker om hiermee rekening te houden bij de afname en inteprretatie van de test, afhankelijk van de doelgroep waarbij de test wordt ingezet.
De SRZ/SRZ-I meet sociale redzaamheid en is geschikt voor verstandelijk gehandicapten van 4 t/m 18 jaar. Dit testmateriaal bevat elementen die niet meer actueel of niet volledig representatief zijn, zoals ouderwetse afbeeldingen, uitdrukkingen of taalgebruik. Wij vragen u als testgebruiker om hiermee rekening te houden bij de afname en inteprretatie van de test, afhankelijk van de doelgroep waarbij de test wordt ingezet.
Vroeg opsporen van dementie bij volwassenen met een verstandelijke beperking. Dementie is moeilijk vast te stellen bij mensen met een verstandelijke beperking. Met de DVZ is het mogelijk om dementie op te sporen in een vroeg stadium.Dit testmateriaal bevat elementen die niet meer actueel of niet volledig representatief zijn, zoals ouderwetse afbeeldingen, uitdrukkingen of taalgebruik. Wij vragen u als testgebruiker om hiermee rekening te houden bij de afname en inteprretatie van de test, afhankelijk van de doelgroep waarbij de test wordt ingezet.
De BYI-2-NL bestaat uit vijf zelfrapportagevragenlijsten die afzonderlijk van elkaar of gecombineerd kunnen worden ingezet om de beleving van een kind of adolescent op de gebieden depressie, angst, boosheid, verstorend gedrag en zelfbeeld in kaart te brengen. De vragenlijsten zijn bedoeld als screeningsinstrument voor jongeren in de leeftijd van 7 tot 18 jaar.
Het in kaart brengen van het cognitief functioneren (IQ) van kinderen in de basisschoolleeftijd. Doelgroep Kinderen vanaf 4 tot en met 12,5 jaar. Het instrument kan voor de gehele basisschoolleeftijd ingezet worden en is speciaal geschikt voor kinderen met lagere cognitieve capaciteiten, omdat hij een bereik heeft tot een IQ van 40.
De AASP geeft een beeld van de sensorische prikkelverwerking van adolescenten en volwassenen en biedt handvatten voor interventie. Wilt u de sensorische informatie verwerking van kinderen tot 14 jaar in kaart brengen? Dan kunt u ook gebruik maken van de nieuwe SP-2-NL.
De AVZ-R is een test voor de screening van autisme- en verwante contactstoornissen en is bedoeld voor verstandelijk gehandicapten van 2 tot en met 70 jaar.Dit testmateriaal bevat elementen die niet meer actueel of niet volledig representatief zijn, zoals ouderwetse afbeeldingen, uitdrukkingen of taalgebruik. Wij vragen u als testgebruiker om hiermee rekening te houden bij de afname en inteprretatie van de test, afhankelijk van de doelgroep waarbij de test wordt ingezet.
De CCC-2-NL is een vragenlijst voor het verzamelen van informatie over de communicatieve vaardigheden van kinderen. Met deze test kunnen pragmatische stoornissen bij kinderen met communicatieproblemen geïdentificeerd worden en kan de test assisteren bij het identificeren van kinderen die voor een autisme spectrum stoornis (ASS) onderzocht moeten worden.
De Bayley Scales of Infant and Toddler Development-Third Edition-Nederlandse versie Special Needs Addition (Bayley-III-NL-SNA) is een instrument om het ontwikkelingsverloop van jonge kinderen in kaart te brengen, specifiek bij kinderen met een communicatieve, fijnmotorische of visuele beperking. De Bayley-III-NL is de opvolger van de BSID-II-NL.
PEDI-CAT is een computergestuurde vragenlijst voor het in kaart brengen van het algemeen dagelijks functioneren van kinderen en jongeren (0-21 jaar) met een beperking. De vaardigheden worden in kaart gebracht binnen de volgende domeinen: Dagelijkse activiteiten, Mobiliteit, Sociaal/cognitief en Verantwoordelijkheid.
De Raven's is wereldwijd de meest gebruikte non-verbale intelligentietest om snel een beeld van de algemene intelligentie (g) te krijgen. De Raven's 2 is snel af te nemen en is zowel digitaal als op papier beschikbaar. De test heeft een leeftijdsbereik van 4:0 - 69:11 jaar en geeft een Geschaalde Score van 40-160.
Een licht verstandelijke beperking (LVB) is in de praktijk moeilijk te herkennen. Aan het uiterlijk is meestal niets te zien en mensen met een LVB kunnen hun beperking (onbedoeld) maskeren. In deze white paper vertellen Femke Jonker en Robert Didden meer over het diagnosticeren van een licht verstandelijke beperking bij volwassenen.
LVB-problematiek is een complex geheel. Meerdere kind- en omgevingsfactoren spelen een rol in het ontstaan en het in stand houden van de problemen van een kind in het gezin en/of op school.
In de loop van de 20e eeuw lieten de prestaties van de populatie op intelligentietests een progressieve toename zien in verschillende delen van de wereld. Professor James Flynn heeft als eerste onderzoek gedaan naar en bewijs geleverd voor deze theorie, waardoor het fenomeen nu wereldwijd bekend staat als het “Flynn-effect”. In deze whitepaper wordt de meest recente stand van zaken rondom het Flynn-effect besproken. Er wordt onder andere uitgelegd wat het Flynn-effect precies is, wat de oorzaak van dit effect is en welke invloed het Flynn-effect heeft op de ontwikkeling van psychologische tests.
"Hoe meer het emotionele welzijn wordt belast, hoe groter de kans dat latente problemen - zoals dyslexie of ADHD – de kop opsteken.” - Dr. André Rietman Lees het interview met Dr. André Rietman waar hij ingaat op het belang van het in kaart brengen van emotioneel welzijn op school, hoe omgevingsstimuli het gedrag van leerlingen in de klas kunnen beïnvloeden en hoe onderwijsprofessionals kinderen en jongeren kunnen ondersteunen bij emotionele problemen op school.
In het kader van het cognitieve onderzoek is het soms nodig om de prestaties op de verschillende cognitieve domeinen te analyseren. Bijvoorbeeld om de diagnose te kunnen stellen of om de mate van ernst vast te stellen. In deze gids vind je suggesties voor tests voor het in kaart brengen van executieve functies, verwerkingssnelheid en visueel-ruimtelijke vaardigheden. Drie gebieden waarvan is vastgesteld dat ze bijzonder belangrijk zijn bij de cognitieve ontwikkeling van kinderen.
Maak jij optimaal gebruik van onze cognitieve tests voor kinderen en adolescenten? In dit artikel met veel gestelde vragen beantwoorden onze consultants vragen over tests voor het vaststellen van cognitieve achterstanden, vragen over de interpretatie van testresultaten, vragen over verschillen tussen de WISC-V-NL en de IDS-2, vragen over leeftijdsequivalenten, en vragen over digitale afname en scoring.
Het beoordelen van het cognitief functioneren bij kinderen is een complex proces voor clinici . Verschillende stoornissen hebben dezelfde symptomen, omgevingsfactoren kunnen de interpretatie van testresultaten bemoeilijken of in sommige gevallen is er een gebrek aan geschikte tests. In dit artikel vind je informatie over veelvoorkomende uitdagingen waar psychologen mee te maken krijgen bij het meten van cognitieve vaardigheden en suggesties voor recente publicaties die ondersteuning kunnen bieden bij het diagnostisch onderzoek.
De ZAREKI-R-NL is in te zetten door zowel leerkrachten, RT’ers, IB’ers als psychologen en (ortho)pedagogen. Deze verschillende disciplines zullen hem echter op een ander moment bij een leerling gaan inzetten en voor een ander doeleinde gebruiken. Ook de manier waarop zij om gaan met de resultaten zal anders zijn. In deze white paper wordt een voorzet gegeven van de wijze waarop elk van deze disciplines met het instrument aan de slag kan en hoe om gegaan kan worden met de resultaten. Verder zal aan het eind van deze white paper een casus besproken worden.
Alleen al in 2015 zijn er vele mensen uit diverse landen naar Nederland toe gekomen om oorlog te ontvluchten en hier onderdak en een betere toekomst te vinden. Het gaat hierbij onder andere om, deels niet-begeleide kinderen en jongeren die in het Nederlandse onderwijs geïntegreerd moeten worden en weer een normaal dagelijks leven moeten gaan leiden. Gezien deze situatie staan veel professionals voor een uitdaging: Hoe kan ik intelligentie onafhankelijk van taal en cultuur meten? In deze white paper gaan we in op de vraag: Hoe kan intelligentie onafhankelijk van taal en cultuur worden gemeten?
Sinds de komst van de DSM-5 is de definitie van een verstandelijke beperking ingrijpend veranderd. De IQ-cijfers zijn uit de criteria gehaald. De ernst van de verstandelijke beperking wordt nu vastgesteld op basis van de ernst van de problemen in het adaptief functioneren. Adaptieve tekortkomingen bepalen immers of en welke ondersteuning er nodig is. Een ander criterium voor een verstandelijke beperking is dat de problemen in de ontwikkelingsperiode ontstaan moeten zijn. Lees in dit artikel van Femke Jonker over het herkennen van een LVB in de forensische context.
De WAIS-IV-NL is een diagnostisch instrument dat veelal ingezet zal worden bij personen met een vermoeden van een klinische stoornis of beperking. Bij deze personen kan echter bepaalde problematiek spelen die de afname en de betrouwbaarheid van de WAIS-IV-NL beïnvloedt.
De Vineland Adaptive Behavior Scales 3th Edition– Nederlandstalige bewerking (Vineland-3-NL) is een instrument om adaptief gedrag in kaart te brengen op de domeinen Communicatie, Dagelijkse Vaardigheden, Sociale Vaardigheden en Relaties, Motoriek en Probleemgedrag. De Vineland-3-NL (Sparrow, Cicchetti & Saulnier, 2021) bestaat uit verschillende vragenlijsten, is geschikt voor alle leeftijden en is beschikbaar in zowel een uitgebreide als verkorte versie. Het instrument is een Nederlandstalige bewerking van de Amerikaanse Vineland-3 en wordt uitgegeven met Amerikaanse normen. In deze whitepaper wordt uitgebreide informatie gegeven over de Vineland-3-NL.
Bij de doelgroep mensen met een verstandelijke beperking worden regelmatig de vragenlijsten AVZ, DVZ, SGZ, SMZ, SRZ en TVZ gebruikt. Deze instrumenten zijn al behoorlijk verouderd. Een up-to-date alternatief voor deze vragenlijsten is de Vineland-3-NL Adaptive Behavior Scales 3th Edition – Nederlandstalige bewerking (Vineland-3-NL). De Vineland-3-NL brengt adaptief gedrag in kaart op de kerndomeinen Communicatie, Dagelijkse vaardigheden en Sociale vaardigheden en relaties. Naast de drie kerndomeinen zijn er nog twee optionele domeinen die afgenomen kunnen worden; Motoriek en Probleemgedrag. In deze whitepaper wordt op schaal- en itemniveau een vergelijking gemaakt tussen de verouderde instrumenten en de Vineland-3-NL.
In deze whitepaper wordt een samenvatting gegeven van het normeringsonderzoek dat gedaan is naar de WAIS-IV-NL en op basis waarvan de normen berekend zijn. Daarnaast worden het onderzoek en de resultaten van het validiteits- en betrouwbaarheidsonderzoek besproken. Dit is gedaan opdat (aankomende) gebruikers van de WAIS-IV-NL bekend zijn met de psychometrische eigenschappen van de WAIS-IV-NL en zij bij het interpreteren van de resultaten van cliënten hiermee rekening kunnen houden. In de tekst worden ook enkele aanbevelingen gegeven over hoe om te gaan met de gevonden resultaten.
In deze whitepaper zal een uiteenzetting worden gegeven van de belangrijkste verschillen tussen de WISC-IIIINL en de WISC-V-NL. Aan de orde komen onder andere de structurele verschillen tussen beide testversies. Tevens worden belangrijke verschillen besproken in bijvoorbeeld de afnameprocedure en de subtestinhoud.
Om een beter inzicht te krijgen in de leeromstandigheden van kinderen en om hen adequate ondersteuning te kunnen bieden, wordt bij kinderen vaak onderzoek gedaan met gestandaardiseerde testinstrumenten. In dit artikel gaan we dieper in op wat de WISC-V hierin kan bijdragen. We bespreken ook de beperkingen van de WISC-V en waarom de test geen volledig beeld geeft van eventuele taalproblemen.
Dat de lockdown en de sluiting van de scholen invloed heeft gehad op kinderen en jongeren is duidelijk. Wetenschappers hebben al veel onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op welzijn, schoolprestaties en kansenongelijkheid. Onderzoeker en universitair docent Bart Vogelaar geeft een overzicht van een aantal van deze onderzoeken.
Er gaat in de praktijk van kinderpsychiater Lieve Swinnen geen dag voorbij zonder dat een ouder de opmerking maakt dat zoon- of dochterlief met smartphone en computer vergroeid lijkt. Net zoals je je kind leert zich op een veilige manier in het verkeer te bewegen – stap voor stap – kun je je kind leren omgaan met de digitale wereld. Dat doe je zo: voordoen, samen ontdekken, coachen en loslaten. Tien handvatten die je op weg helpen.
Voor elk psychologisch meetinstrument rijst de vraag in hoeverre het instrument bruikbaar is bij klinische doelgroepen. Voor welke doelgroep is het instrument geschikt en welke problemen komt men tegen bij het afnemen van het instrument bij een persoon met een stoornis of beperking. Kan het instrument bij hen op gestandaardiseerde wijze afgenomen worden en wat zeggen de resultaten over een individu met een specifieke problematiek?
Door de coronacrisis zijn veel behandelingen ‘in de kamer’ omgezet naar beeldbelcontacten. Elke behandelaar heeft daarmee afgelopen jaar gewild of ongewild de stap naar E-health gemaakt. Maar niet iedereen werd daar even blij van. Psychologe Bryony Meijer-Kok verkent de mogelijkheden op het gebied van E-health en bekijkt hoe dit een bijdrage kan leveren aan de GGZ in het algemeen en de jeugdGGZ in het bijzonder.
De Bayley Scales of Infant and Toddler Development-Third Edition-Nederlandse versie (Bayley-III-NL) is de opvolger van de Bayley Scales of Infant Development-Second EditionNederlandse versie (BSID-II-NL). De test is geschikt om de vroegkinderlijke ontwikkeling te beoordelen van kinderen van 16 dagen tot en met 42 maanden en 15 dagen oud.
De Bayley Scales of Infant and Toddler Development-Third Edition-Nederlandse versie (Bayley-III-NL; Bayley, 2014) is de opvolger van de Bayley Scales of Infant Development-Second EditionNederlandse versie (BSID-II-NL, 1993). De test is geschikt om de vroegkinderlijke ontwikkeling te beoordelen van kinderen van 16 dagen tot en met 42 maanden en 15 dagen oud.
In 2014 is de Bayley-III-NL (Van Baar, Steenis & Verhoeven) verschenen, met de daarbij behorende vragenlijsten voor het bepalen van de sociaal-emotionele ontwikkeling en het adaptief gedrag. Na het verschijnen kwam al spoedig de vraag waarom er voor de Bayley-III-NL hoofdschalen wel ontwikkelingsleeftijdsequivalentenscores (OLE-scores) verkrijgbaar zijn en voor de vragenlijsten niet. In deze whitepaper wordt antwoord gegeven op die vraag en wordt een alternatief geboden om de sociaal-emotionele ontwikkeling en het adaptief gedrag van het kind weer te geven. Hiervoor wordt gebruikgemaakt van de p90-waarden. Deze p90-waarden staan in deze whitepaper.
In deze whitepaper worden enkele onderzoeken en resultaten besproken van het standaardisatie -onderzoek dat gedaan is voor de Bayley-III-NL en op basis waarvan de normen berekend zijn. Daarnaast worden de methode en de resultaten van het validiteits- en betrouwbaarheidsonderzoek besproken. Dit zodat (aankomende) gebruikers van de Bayley-III-NL bekend zijn met de psychometrische eigenschappen van de Bayley-III-NL en zij bij het interpreteren van de resultaten van cliënten hier rekening mee kunnen houden.
In deze whitepaper wordt een samenvatting gegeven van het normeringsonderzoek dat gedaan is naar de WISC-V-NL en op basis waarvan de normen berekend zijn. Daarnaast worden delen van het onderzoek en de resultaten van het betrouwbaarheids- en validiteitsonderzoek globaal besproken.
In deze whitepaper wordt eerst ingegaan op de mogelijkheid tot het afwijken van de gestandaardiseerde afname en het aanpassen ervan ten behoeve van gebruik bij cliënten met speciale behoeften. Vervolgens wordt specifiek ingegaan op de mogelijkheden en beperkingen van het inzetten van de WISC-V-NL bij cliënten met een taalprobleem.
In 2017 kwam uit een onderzoek van de Hogeschool Windesheim naar voren dat een kwart van de peuters en kleuters ruim drie uur achter een beeldscherm doorbrengt. Ondertussen zijn er, bijvoorbeeld door de WHO, richtlijnen geschreven over de hoeveelheid schermtijd voor kinderen. Ook waarschuwen consultatiebureau-, oog- en jeugdartsen voor bijziendheid bij kinderen door veel beeldschermgebruik. Minder bekend is echter het effect van veel beeldschermgebruik op de concentratie van kinderen.
In 2012 is de RAKIT-2 op de markt gekomen, de herziene editie van de RAKIT. Naar deze herziene versie is een uitgebreid onderzoek gedaan: er is data verzameld om nieuwe normen te genereren en er is betrouwbaarheids- en validiteitsonderzoek gedaan. In deze white paper worden de resultaten van deze onderzoeken beschreven.
In oktober 2012 is de RAKIT-2 op de markt verschenen, een herziening van de RAKIT, de Revisie Amsterdamse Kinder Intelligentie Test (Bleichrodt, Drenth, Zaal & Resing, 1984). In deze whitepaper worden de redenen om de test te herzien beschreven, evenals de wijzigingen ten opzichte van de oude RAKIT op subtest- en factorniveau. Ook indien u niet bekend bent met de oude RAKIT, biedt deze whitepaper een goed overzicht van de meetpretentie van de RAKIT-2 met de onderliggende subtests en factoren.
Na lang wachten is het bijna zover: de WPPSI-IV-NL staat op het punt om uitgegeven te worden. In de VS, waar de voor ons zo nieuwe test al een tijd wordt gebruikt, zijn ze echter al gevorderd met de ontwikkeling van de vijfde versie van de WPPSI. De conclusie dat Nederland achterloopt op het gebied van testontwikkeling in vergelijking met de VS is dan snel getrokken. Maar is dit ook echt zo? En hoe komt het dat het zo lang duurt voordat een nieuwe test in het Nederlands beschikbaar is? In dit artikel nemen we je mee in de wereld van testontwikkeling, en leggen we van begin tot eind uit hoe onze tests tot stand komen in samenwerking met experts uit het veld. Om het geheel concreet te maken gebruiken we de WPPSI-IV-NL als voorbeeld.
In dit technische rapport wordt de mogelijkheid besproken om naast de indexscores uit de handleiding van de WAIS-IV-NL een extra indexscore te berekenen op basis van de scores behaald op de WAIS-IV-NL. Dit is vooral interessant bij cliënten met ADHD, traumatisch hersenletsel of dementie. Bij deze cliënten kunnen moeilijkheden met werkgeheugen en verwerkingssnelheid resulteren in een lager TIQ dan bij personen zonder neuropsyschologische problemen en geeft het TIQ daarom mogelijk geen goede indicatie van hun algemeen cognitief functioneren.
De WPPSI-IV-NL heeft net als de WISC-V-NL naast de primaire indexen ook aanvullende indexen. Deze aanvullende indexen zijn toegevoegd om te gebruiken in specifieke praktische en klinische situaties. In dit white paper wordt uitgelegd welke aanvullende indexen er zijn en in welke situaties ze ingezet kunnen worden.
Ten behoeve van de COTAN-beoordeling is met betrekking tot een drietal psychometrische onderwerpen extra informatie aangeleverd, die niet in de handleiding is opgenomen. In deze paper worden deze gegevens ook voor WISC-V-NL gebruikers beschikbaar gemaakt.
De ZAREKI-R-NL is een screenend instrument waarmee signalerend onderzoek kan worden gedaan naar vragen omtrent rekenproblemen en dyscalculie. Dit eerste whitepaper over de ZAREKI-R-NL geeft een globaal beeld van het instrument; wat meet het instrument met welke subtests, bij wie kan het ingezet worden, wie kan het instrument afnemen en welke resultaten worden er verkregen.
De zomervakantie is het moment in het jaar waar zowel leerkrachten als leerlingen enorm naar uit kunnen kijken. Zo hoor ik van ouders en leerkrachten dat de leerlingen richting het einde van het schooljaar ‘op hun tandvlees lopen’ en écht toe zijn aan ontspanning en vrije tijd. Ook voor leerkrachten is de zomervakantie een moment waarop ze kunnen ‘bijtanken’. Leerlingen ervaren de zomervakantie vaak als oneindig. Heerlijk ontspannen en leuke dingen doen met vriendjes en vriendinnetjes, uitslapen en géén saai schoolwerk.
Wil jij altijd als eerste op de hoogte zijn van nieuwe whitepapers, webinars, tests, trainingen en aanbiedingen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.